Red cedar, pacific red cedar, canoe cedar, giant cedar, shinglewood, arbor vitae, giant arbor vitae, thuja, thuja géant (Canada, British Columbia).

Thuja plicata Don ex D. DON (= T. gigantea Nutt.).

Cupressaceae.

Westelijk Noord-Amerika. Aangeplant in Groot-Brittannië en Nieuw-Zeeland.

Hoogte 40-50(-75) m. De takvrije stam is gemiddeld 25 m lang met een diameter van 0,9-2,5(-5,0) m. Oude bomen hebben vaak grote wortelaanzetten en een hol of een voos hart.

Gekantrecht hout.

Western red cedar staat bekend om de grote kleurvariatie die het verse hout kan vertonen. Licht geelbruin, rozebruin, zalmkleurig en chocoladeachtig bruin gekleurd hout komt voor. Het donkere hout komt meestal uit het centrale deel van de stam en het lichter getinte meer van de buitenzijde. In het hout kunnen ook afwisselend donker en licht getinte banen voorkomen. In kwaliteit is het donkere en het lichte hout gelijk. Aan licht blootgesteld, zwakken de kleurverschillen af en wordt de kleur licht geelbruin tot vaal roodbruin. Het spint is bijna wit, nogal variabel in breedte. Het hout ruikt typisch cederachtig, heeft een bittere smaak en bevat geen harsgangen. Door het kleurcontrast tussen vroeghout en laathout vertoont kwartiers gezaagd hout een fijne streeptekening en heeft dosse gezaagd hout een vlamtekening die echter niet al te opdringerig aandoet. Rozebruin hout doet soms aan Californian redwood denken, terwijl licht geelbruin hout wel op Oregon pine lijkt.

naaldhout

Recht.

Fijn.

330-370- 390(-460) kg/m3 bij 12% vochtgehalte, vers 750 kg/m3.

Gering.

Snel, als het dun hout betreft. Hierbij treedt weinig vervorming op. Het drogen van dik hout moet voorzichtig gebeuren omdat hierbij gevaar bestaat voor collaps of inwendige scheurvorming. In een partij western red cedar kunnen delen voorkomen die moeilijk tot zeer moeilijk te drogen zijn. Het gemiddelde vochtgehalte bepalen van zo\'n partij kan daarom wel eens problemen geven.

Western red cedar is zowel met de hand als machinaal gemakkelijk met alle gereedschappen te bewerken, mits deze zeer scherp zijn. Als te botte werktuigen worden gebruikt of als bij de bewerking een te hoge druk op het oppervlak wordt uitgeoefend is er, bij het schaven en frezen, kans dat het zachte vroeghout wordt samengedrukt. Naderhand zet dit vroeghout weer uit tot zijn oorspronkelijke volume, het gevolg is dan een onregelmatig ribbelig oppervlak. Doordat het hout zacht is en het oppervlak gemakkelijk kan worden beschadigd, dienen de messen vrij van bramen te zijn. Zaag- en schuurstof van western red cedar kunnen bij daarvoor gevoelige personen tot irritaties leiden die zich uiten in de vorm van huidaandoeningen, aandoeningen van de slijmvliezen en bronchitis. Een goed functionerende afzuiging op de machines is dus noodzakelijk.

Goed.

Vermoedelijk slecht.

Goed. Onbehandeld western red cedar dat aan daglicht en aan weer en wind wordt blootgesteld, verweert vrij snel en krijgt een grijsachtige kleur. Op het noorden geplaatst kan het vlekkerig worden en kan algengroei voor komen. Buiten, bij nieuw aangebracht western red cedar zonder oppervlakafwerking, kunnen door uitspoeling van inhoudsstoffen door (regen)water (bloeden) vlekken ontstaan op onderliggend werk. Deze vlekken zijn meestal na enige maanden weer verdwenen. Voor gevelbekleding wordt western red cedar wel verduurzaamd met metaalzouten, waardoor het een uniforme donkergroenbruine kleur krijgt die lang blijft (15 jaar en langer, afhankelijk van de expositiezijde).

KernhoutSchimmels 2, bij in Groot-Brittannië gegroeid western red cedar 3.Termieten G.SpintHylotrupes G.Anobium G.

Kernhout 3-4.Spint 3.

Bij western red cedar wordt de duurzaamheid verkregen door de stof ß-thujaplicine. Astmapatiënten kunnen hiervoor gevoelig zijn, zeker in gevallen waarin deze houtsoort zonder afwerking in een binnenruimte zowel aan plafond als aan alle wanden is toegepast. Bij toepassing op alléén plafond of wanden zijn deze verschijnselen niet waargenomen.

Gezien de duurzaamheid en stabiliteit kan western red cedar gebruikt worden voor alle mogelijke constructies zowel binnens- als buitenshuis. Vooral de laatste jaren wordt het in ons land in toenemende mate toegepast voor buiten- en binnenbetimmeringen, plafonds, in het zicht blijvend dakbeschot, dakranden, kozijnen, hekken, poorten, pergola\'s, tuinhekken, sauna\'s en plantenkassen. Ook wordt het hout in de vorm van shingles (dakspanen of houten leien) gebruikt. Bij toepassing voor bewegende bouwonderdelen (bijvoorbeeld draairamen) dient men rekening te houden met de geringe sterkte. Het verdient aanbeveling in zulke gevallen dikker en breder hout toe te passen dan normaal gebruikelijk is.

Western red cedar is genoemd in de KVT\'95, Kwaliteit van houten gevelelementen. Dit betekent dat met western red cedar kozijnen met KOMO-productcertificaat kunnen worden vervaardigd.Voor western red cedar is in 1989 een Nederlandse norm verschenen in de serie Kwaliteitseisen voor hout (KVH 1980), NEN 5471 Houtsoort Western red cedar.Western red cedar wordt genoemd in de beoordelingsrichtlijnen (BRL):- BRL 2301 Naaldhout.- BRL 9021 Houten buitenbergingen.