mora

1. mora (Frans Guyana, Guyana, Suriname, Trinidad), peto (Suriname, Venezuela), mora balli (Guyana), mahot rouge (Frans Guyana), nato (Ecuador), pracuuba (Brazilië).
2. moraboekea (Suriname), morabukea, dakama (Guyana).

1. Mora excelsa Benth.
2. Mora gonggrijpii (Kleinhoonte) Sandw., M. spec. div..

Leguminosae (Caesalpiniaceae).

1. Suriname en overig tropisch Amerika
2. Suriname en Guyana.

Mora is een grote boom met grote, tot 4,5 m hoge plankwortels, 30-35 m hoog, maximaal 50 m. De takvrije stam heeft een lengte van 15-20 m en heeft een diameter van 0,6-1,0 m. Grote bomen zijn vaak hol, maar bevatten nog een grote hoeveelheid gezond hout. Moraboekea wordt niet zo groot als mora. De boom is 30-35 m hoog met een diameter van 0,4-0,6 m. De cilindrische takvrije stam is ongeveer 20 m lang.

Gekantrecht hout.

Het kernhout van mora is geelachtig roodbruin tot donkerbruin met lichter gekleurde banden. Het tot 100 mm brede spint is lichtgrijs tot geelgrijs. Moraboekea is wat roodachtiger van tint. In eigenschappen komen beide soorten vrijwel overeen. Ze hebben vers een wat zurige geur en het hout heeft een bittere smaak. Vanwege de grote krimp wordt aanbevolen mora alleen in zware afmetingen toe te passen.

loofhout

Recht, kruisdraad komt ook voor. Soms sterk golvend en warrig.

1. Matig grof tot grof.
2. Fijn tot matig grof.

(850-)1000 (-1170) kg/m3 bij 12% vochtgehalte; vers 1100 kg/m3. Moraboekea is wat zwaarder dan mora.

Groot.

Zeer langzaam met door de hoge krimpcijfers sterke neiging tot vervormen. Langzaam en voorzichtig drogen om trekken en scheuren te voorkomen.

Vrij lastig te bewerken door het hoge gewicht en de voorkomende kruisdraad. Tijdens het zagen kan hars aan de zaagtanden gaan kleven waardoor deze kunnen gaan vibreren. Het bittere stof kan hinderlijk worden bij het zagen. In verband met de kans op splijten moet mora altijd hartvrij worden verwerkt.

Slecht.

Matig.

Goed.

Schimmels 1-2. Zeer goed bestand tegen aantasting door insecten. Onderscheid wordt soms gemaakt tussen lichtgekleurd mora en donker- of roodgekleurd mora. Het lichter gekleurde mora is lichter in gewicht en wordt minder duurzaam geacht. Het donkere hout zou zwaarder en duurzamer zijn.
Termieten M.
Drooghoutboorders D.

Kernhout 4.
Spint 2.

Zwaar bouw- en constructiehout, botenbouw, havenwerken in zoet water, brugdekken, dwarsliggers, palen.