1. Europees linden (Nederland), Linde (Duitsland), tilleul (Frankrijk), European linden, lime (Groot-Brittannië).2. Amerikaans linden (Nederland), basswood (Noord-Amerika, Groot-Brittannië).

1. Tilia x europaea L. (= T. x vulgaris Hayne, T. cordata Mill., T. spec. div..2. Tilia americana L., T. spec. div..

Tiliaceae.

1. Europa.2. Oostelijk Noord-Amerika.

Hoogte 25-30 m, soms tot 40 m, takvrije stam tot 15 m lang, diameter tot 1,2 m.

Zaaghout en gekantrecht hout.

Linden is zacht, maar vast door een fijne homogene bouw. Het kernhout is vers geel-witachtig aan licht blootgesteld tot lichtbruin nakleurend, met soms een roze gloed. Het spint is meestal niet van het kernhout te onderscheiden.

loofhout

Recht, soms enige kruisdraad.

Fijn, gelijkmatig.

1. (520-)540 (-560) kg/m3 bij 12% vochtgehalte, vers 990 kg/m3.2. 420 kg/m3 bij 12% vochtgehalte.

Middelmatig.

Matig snel, enige neiging tot vervormen.

Linden is vrij zacht, daarom is scherp gereedschap noodzakelijk om het goed te kunnen bewerken.

Goed. Alleen bij hoge concentraties inhoudsstoffen kunnen problemen ontstaan.

Matig goed.

Goed. Alleen als uitgesproken kernhout aanwezig is, kan dit hechtingsproblemen geven.

Schimmels 5.Termieten G.

Kernhout 1.Spint 1.

Gietmodellen voor metaalgieterijen, tekenborden, muziekinstrumenten, beeldhouw- en snijwerk, draaiwerk, lijstwerk, fineer, speelgoed, keukengerei en andere huishoudelijke artikelen. In Noord-Amerika wordt linden ook gebruikt voor medische spatels, geïmpregneerde tandenstokers enz.