Houtsoort: Incense cedar
Andere namen | California incense cedar, California post cedar, pencil cedar. |
Botanische naam | Calocedrus decurrens (Torr.) Florin (= Libocedrus decurrens Torr.). |
Familie | Cupressaceae. |
Groeigebied | Zuid-westelijk Noord-Amerika. |
Boombeschrijving | Hoogte 25-30 m, maximaal 46 m. De rechte, onregelmatig gevormde stam heeft een diameter van 0,9-1,2 m, maximaal 2,7 m. |
Aanvoer | Gekantrecht hout. |
Houtbeschrijving | In het algemeen lijkt incense cedar op het bekende western red cedar. Beide zijn zacht, licht en duurzaam met kleurvariaties van donker chocoladebruin tot zalmkleurig en met een aromatische cedergeur. Na blootstelling aan het licht verkleurt incense cedar snel tot een uniforme lichtbruine tint, terwijl red |
Houtsoort | naaldhout |
Draad | Recht. |
Nerf | Fijn. |
Volumieke massa | 400 kg/m3 bij 12% vochtgehalte. |
Werken | Middelmatig. |
Drogen | Snel, bij dun hout. |
Bewerkbaarheid | Het hout is, zowel met de hand als machinaal, gemakkelijk te bewerken en glad af te werken. |
Spijkeren en schroeven | Schroeven en spijkers zijn gemakkelijk aan te brengen, maar incense cedar splijt gemakkelijk. |
Lijmen | Goed. |
Buigen | Niet bekend. |
Oppervlakafwerking | Goed. |
Duurzaamheid | Schimmels vermoedelijk 2. |
Impregneerbaarheid | Kernhout moeilijk. |
Bijzonderheden | Bij het bewerken van incense cedar kan huiduitslag en/of eczeem ontstaan bij daarvoor gevoelige personen. |
Toepassingen | In Verenigde Staten voor binnen- en buitenbetimmeringen, ook wel voor ramen, deuren (zacht), lijsten, dakbeschot, shingles, blinden en jaloezieën, broeikassen en -ramen, kledingkisten en -kasten (blijven motvrij door de insectenwerende eigenschappen van het hout), hekken, poorten en pergola's. Voornamelijk toegepast voor de fabricage van potloden. |