Houtsoort: Freijo
Voorbeeld | |
Atibt | freijo |
Andere namen | 1. freijo, frei jorge (Brazilië).2. peterebi (Argentinië, Paraguay), louro (Brazilië), laurel (Ecuador), bojón (Mexico), laurel blanco, pardillo (Venezuela). |
Botanische naam | 1. Cordia goeldiana Hub.2. Cordia alliodora (R. et P.) Oken, C. trichotoma Arrab. |
Familie | Boraginaceae. |
Groeigebied | Tropisch Midden- en Zuid-Amerika. |
Boombeschrijving | De grootte varieert per groeigebied aanzienlijk. Hoogte 12-18 m, maximaal 30 m. De diameter varieert van 0,4-0,6 m, maximaal 0,9 m. De smalle plankwortels zijn maximaal 1,8 m hoog. |
Aanvoer | Gekantrecht hout. |
Houtbeschrijving | Freijo is een houtsoort die vroeger in Groot-Brittannië wel werd verhandeld onder namen als Braziliaans noten en Braziliaans teak. Freijo heeft een geelbruine kleur met iets donkerder streepkleuring, ook soms roze of donkerbruin met een donker getinte strepenfiguratie, en vertoont daardoor soms enige gelijkenis met genoemde soorten. Het is sterk, taai, langs de stralen gemakkelijk splijtbaar en vrij zacht. Het hout heeft een kruidige geur. |
Houtsoort | loofhout |
Draad | Recht, soms kruisdraad. |
Nerf | Fijn tot grof. |
Volumieke massa | (380-)520- 540-550(-700) kg/m3 bij 12% vochtgehalte. |
Drogen | Snel met weinig vervorming, maar met een lichte neiging tot het vormen van scheuren aan de koppen. |
Bewerkbaarheid | Zowel met de hand als machinaal gemakkelijk te bewerken en met scherpe gereedschappen goed glad af te werken. Kan goed tot fineer worden verwerkt. |
Spijkeren en schroeven | Goed. |
Lijmen | Matig. |
Buigen | Slecht. |
Oppervlakafwerking | Goed. |
Duurzaamheid | Schimmels 2.Termieten M. |
Impregneerbaarheid | Kernhout 3.Spint 1. |
Toepassingen | In Nederland maar weinig toegepast. Het hout is geschikt voor meubelen, carrosseriebouw, jachtbouw (huiden en dekken) en binnen- en buitentimmerwerk. Voor sommige toepassingen wordt het gebruikt als vervanger voor teak, noten of mahonie. |