durian

Bengang (Sarawak, Maleisië), apa apa, punggai (Maleisië).

Coelostegia spec. div., Durio spec. div. en andere Bombacaceae uitgezonderd Ceiba en Salmalia species.

Bombacaceae.

Zuidoost-Azië.

Een groot aantal soorten die behoren tot bovengenoemde familie leveren het hout dat in de handel met de naam durian wordt aangeduid. Afhankelijk van de soort en de groeiomstandigheden bereiken de bomen een hoogte van 20-45 m met diameters die variëren van 0,9-2,4 m.

Gekantrecht hout.

De kleur van kernhout is rozebruin, roodbruin of bij sommige soorten oranjebruin. Het spint, gemiddeld 50 mm breed, is lichter van kleur en duidelijk van het kernhout te onderscheiden. Geschaafd hout vertoont geen glans en heeft geen tekening. Durian heeft een karakteristieke geur. Door het grote aantal boomsoorten dat durian levert, is er een grote spreiding in volumieke massa en dus ook in eigenschappen en toepassingen.

loofhout

Kruisdraad.

Grof.

(420-)680 (-1150) kg/m3 bij 12% vochtgehalte.

Snel, afhankelijk van de volumieke massa. Durian kan meestal zonder veel moeilijkheden worden gedroogd, dunne delen hebben soms neiging tot schotelen.

Durian is gemakkelijk te zagen en kan meestal ook goed glad worden geschaafd. Sommige soorten vertonen na het schaven enigszins wollige plekken (speciaal op het radiale vlak).

Vermoedelijk goed.

Vermoedelijk goed. Voor glad werk is de toepassing van poriënvuller noodzakelijk.

4.

Kernhout goed.

De waarde als vruchtboom beperkt het gebruik van durian.

Durian is geschikt voor allerlei licht constructiewerk, voor raam- en deurkozijnen, betimmeringen en schrootjes, vloeren, blindwerk in de meubelindustrie enz.