Houtsoort: Curupay
Voorbeeld | |
Atibt | curupay |
Andere namen | Curupay (Paraguay, Argentinië en Midden- en Zuid-Amerika), cebil colorado, cebil (Argentinië), angico, angico preto, paricà de cortuma (Brazilië). |
Botanische naam | Anadenanthera colubrina (Vell.) Brenan var. cebil (Griseb.) Altschul (= Piptadenia macrocarpa Benth.). |
Familie | Leguminosae (Mimosaceae). |
Groeigebied | Subtropische gebieden van Zuid-Amerika, vooral in Paraguay, Argentinië, Brazilië en Bolivia. |
Boombeschrijving | Een 20(-25) m hoge boom met een rechte cilindrische stam. De takvrije stammen zijn 4-8(-10) m lang en hebben een diameter van 0,6-1,0 m. |
Aanvoer | Gekantrecht hout, parket- en vloerhout. |
Houtbeschrijving | Curupay kernhout is vers lichtbruin, rozebruin tot rozerood, aan licht blootgesteld donkerder wordend tot diep donkerrood of roodbruin met donkerder gekleurde, bijna zwarte strepen die het hout, afhankelijk van de zaagrichting, een aantrekkelijke streep of vlamtekening geven, die echter later weer kan verdwijnen. De kleur van het spint is geelbruin tot lichtrose. Het kernhout kan wat vettig aanvoelen. Curupay is een zeer harde en zware houtsoort. |
Houtsoort | loofhout |
Draad | Meestal onregelmatig, soms een sterke kruisdraad. |
Nerf | Fijn tot matig grof. |
Volumieke massa | (950-)1000 (-1170) kg/m3 bij 12% vochtgehalte, vers 1250 kg/m3. |
Werken | Middelmatig. |
Drogen | Curupay droogt zeer langzaam met een lichte neiging tot vervormen. Bij versneld drogen is het gevoelig voor kopscheuren en langsscheurtjes, vooral bij grotere afmetingen. Het moet daarom langzaam, goed gecontroleerd, worden gedroogd. |
Bewerkbaarheid | Door de grote hardheid is curupay met alle gereedschappen moeilijk te bewerken en heeft het een afstompende werking op snijvlakken. Vibratie van de zaagtanden en verbranden kan bij het zagen optreden. Bij het schaven kan een snijhoek van 15-10° nodig zijn om bij onregelmatig draadverloop een goed resultaat te krijgen, de snijweerstand is dan wel zeer groot. Aanbevolen wordt zoveel mogelijk zaagbewerkingen aan het verse hout te doen, wat makkelijker gaat dan het zagen van droog hout. |
Spijkeren en schroeven | Voorboren noodzakelijk. |
Lijmen | Dit zal, gezien de hoge volumieke massa, niet eenvoudig zijn. |
Buigen | Niet bekend. |
Oppervlakafwerking | Goed. Door de dichtheid van het hout laat het zich na het poriënvullen zeer goed polijsten. |
Duurzaamheid | Schimmels 1. |
Impregneerbaarheid | Kernhout 4. |
Bijzonderheden | Curupay heeft een licht samentrekkende smaak en een onbestemde geur. De bast bevat ± 15% tannine. De schors wordt voor het verven van kleding en het looien van huiden gebruikt. |
Toepassingen | Curupay is te zwaar en te moeilijk te bewerken om het voor meubelfabricage of voor algemene toepassingen aan te bevelen. Voor fineer zou het te hard zijn. Door zijn grote hardheid is het zeer geschikt voor intensief belopen parket en vloeren en voor decoratief draaiwerk en buitenbekledingen. In het herkomstgebied wordt het gebruikt voor toepassingen in de waterbouw, bruggen en palen, dwarsliggers, wagon- en vrachtwagenbouw. |