Houtsoort: Bubinga
Voorbeeld | |
Atibt | bubinga |
Andere namen | 1. bubinga, essingang, okweni (Kameroen).2. kevazingo, ovang, buvenga (Gabon), waka (Zaïre). |
Botanische naam | 1. Guibourtia demeusei (Harms) J. Leonard.2. Guibourtia tessmannii (Harms) J. Leonard. |
Familie | Leguminosae (Caesalpiniaceae). |
Groeigebied | West-Afrika, Nigeria, Kameroen, Centraal-Afrikaanse Republiek, Gabon, Kongo, Zaïre. |
Boombeschrijving | Tot 45 m hoge boom, stam recht en cilindrisch tot maximaal 21 m, hoge wortellijsten (1,20-2,00 m) zijn meestal aanwezig, stamdiameter gemiddeld 0,7-1,5 m. |
Aanvoer | Gekantrecht hout en fineer. |
Houtbeschrijving | Het kernhout is roze, rozerood tot roodbruin gekleurd met purperen aderen die op het kwartierse vlak een streeptekening en op het dosse vlak een gevlamde tekening veroorzaken. Aan het licht nadonkerend, waardoor de tekening minder opvallend wordt. Het fraaiste hout komt meestal uit Gabon, onder de naam kevazingo. Het spint is witachtig, ongeveer 60 mm breed. |
Houtsoort | loofhout |
Draad | Recht, soms kruisdradig of warrig. |
Nerf | Fijn. |
Volumieke massa | (700-)830 (-960) kg/m3 bij 12% vochtgehalte, vers 900-1100 kg/m3. |
Werken | Middelmatig tot groot. |
Drogen | Goed, maar vrij langzaam. Er kan echter veel droogspanning optreden. Het hout moet daarom na het drogen goed worden geconditioneerd. Bij hout met veel tekening (waarin trekhout aanwezig kan zijn) bestaat veel gevaar voor vervorming. Het drogen van fineer moet voorzichtig gebeuren aangezien gemakkelijk verkleuringen kunnen optreden. |
Bewerkbaarheid | Ondanks zijn hardheid laat het zich, zowel met handgereedschap als met machinaal gereedschap, goed zagen, schaven en draaien. Bij hout met veel draadverloop kan bij schaven inspringsel ontstaan. |
Spijkeren en schroeven | Goed. |
Lijmen | Goed. |
Buigen | Niet bekend. |
Oppervlakafwerking | Goed. |
Duurzaamheid | Schimmels 2.Termieten D.Bubinga is matig bestand tegen aantasting door paalworm. |
Impregneerbaarheid | Kernhout 4.Spint 1. |
Bijzonderheden | Het geslacht Guibourtia, voornamelijk G. demeusei, bevat vaak grote hoeveelheden copal, een geel tot bruine hars. |
Toepassingen | Fineer (niet dunner dan 0,7 mm omdat het nogal ruwe fineer tamelijk sterk moet worden nageschuurd), meubelen, fijn timmerwerk, betimmeringen, muziekinstrumenten, draaiwerk, knoppen en grepen, parket, lijsten, houtsnijwerk en inlegwerk. Bubinga is bij uitstek geschikt voor borstels en mesheften. |