Algemeen

Uitgangspunten voor platte daken

Uitgangspunten voor platte daken

 

  • overspanning (l in m) van tweezijdig vrij opgelegde platdak-balken voor standaard eengezinswoningen.
  • overspanning l = dagmaat + opleglengte + dikte wandbeplating = dagmaat + 0,08 (m);
  • berekening volgens NEN-EN 1990, NEN-EN 1991-1-1 en NEN-EN 1995-1-1;
  • sterkteklassen volgens NEN-EN 338;
  • gebruiksklasse H (daken alleen toegankelijk voor gewoon onderhoud en herstelwerkzaamheden) en gevolgklasse CC1 (standaard eengezinswoningen);
  • klimaatklasse 1 en belastingduurklasse Middellang;
  • dak zonder ballast: eigen gewicht dakpakket Gk  = 0,45 kN/m2 is inclusief dakbedekking, dakplaat en plafond (12,5 mm gipsplaat), doch exclusief eigen gewicht balk; het eigen gewicht van de balk is in de berekening meegenomen;
  • dak met ballast: eigen gewicht dakpakket Gk  = 1,05 kN/m2 is inclusief ballast (eigen gewicht grind   = 0,60 kN/m²), dakbedekking, dakplaat en plafond (12,5 mm gipsplaat), doch exclusief eigen gewicht balk; het eigen gewicht van de balk is in de berekening meegenomen;
  • dakplaat 18 mm Fins vuren triplex met Em,0 = 8615 N/mm2, 18 mm OSB/3 met Em,0 = 4930 N/mm2 of 18 mm spaanplaat/P5 met Em,0 = 3300 N/mm;
  • de opgelegde belasting qk = 1,0  kN/m2 werkt op elk afzonderlijk dakelement tot een maximumoppervlakte van 10 m2, waarvan de grootste lengte maximaal 5 m bedraagt;
  • uitgangspunt is, dat de sneeuwbelasting en de belasting door regenwater niet groter zijn dan qk = 1,0  kN/m2 (geen sneeuwophoping of wateraccumulatie);
  • geconcentreerde belasting Qk = 1,5 kN op 100 x 100 mm dan wel Qk = 2,0 kN  welke wordt gespreid over twee dakbalken;
  • grenswaarden vervormingen: zakking in de eindtoestand ufin = 0,004.l en = 20 mm en bijkomende doorbuiging ubij = 0,004.l;
  • afschot dakbalklaag = 16 mm/m (1,60 %).