Bomen worden ingedeeld in twee soorten. Loofbomen (angiospermae) leveren loofhout en hebben bladeren die zij in de winter verliezen. Naaldbomen (gymnospermae) produceren naaldhout en hebben naalden die zij het gehele jaar door dragen. Ten onrechte worden deze twee soorten in de volksmond ook wel aangeduid als hardhout en zachthout. De feitelijke technische eigenschappen van hout lopen namelijk door dit onderscheid heen: er zijn extreem zachte loofhoutsoorten (zoals balsa) en er zijn harde naaldhoutsoorten (zoals Oregon pine). Tijdens de groei legt een boom het belangrijke broeikasgas CO2 vast. Toepassing en gebruik van hout dragen daarom bij aan terugdringen van de opwarming van de aarde. Dat alle bomen als geheel de 'groene' longen van de aarde vormen is onjuist: het grootste deel zuurstof in de atmosfeer is afkomstig uit zeealgen. Dat neemt niet weg dat we elke boom die we gebruiken, moeten vervangen door een nieuw exemplaar.
Lees meer over uiterlijk en groei van een boom.
Bos & Milieu
Bos & Milieu